Share
Pin
Tweet
Send
Share
Send
voortgang:
1e rij:
• in een schuiflus breien we één lucht en 14 sb voor de achterwand.
2 rij:
• we breien een luchtgaren van de eerste kleur (rood), 1 sbn, half gehaakt met een haak, vervolgens in een lus 2 haaknaalden, strek een lange lus,
• ga naar een andere kleur, waarvoor we een haak in de lus plaatsen waar 2 steken worden gebonden, trek een witte draad eruit en brei deze met een lucht, vervolgens 1 sbn, 1 psn, twee dubbele haakjes in een lus,
• we voeren ook breiwerk uit met de rest van de bloemen, beginnen met een luchtlus in de laatste gebreide kolom.
3 rij:
• begin met de eerste kleur (rood),
• we breien een dubbele haak in de eerste lus van witte kleur, in de volgende drie lussen doen we 2 sn elk,
• strek een lange lus,
• herhaal deze procedure voor de andere vier kleuren.
4 rij:
• we breien alle 5 elementen van het patroon met een rapport * 5 sn, 1 psn, 1 sbn *.
5 rij:
• knip de draden van alle kleuren behalve zwart, die we de cirkel zullen binden,
• bevestig de paardenstaarten van het garen met een verbindingslus,
• verberg de snaren aan de binnenkant van de cirkel.
6 rij:
• we binden lussen rond de cirkel in enkele gehaakte kolommen, waarbij we willekeurig enkele kolommen twee in één lus maken zodat de cirkel niet krult.
7 rij:
• aan de rand van de cirkel breien we 3 hijssteken, in de volgende lus 2 sn,
• via twee lussen maken we een verbinding,
• ga door naar het einde van de cirkel met rapport * 3 lucht, 2 sn in één lus, sla twee over, maak een verbinding *.
Opmerking: afhankelijk van het gekozen randpatroon kan de standaard de vorm hebben van een platte cirkel of een schotel.
Legend:
- dubbele haak - sn,
- enkele haak - sbn,
- een halve kolom met een haak - psn,
- luchtlus - VP.
Share
Pin
Tweet
Send
Share
Send